Duitse Berichten 41 – De ‘wil’ van ‘het volk’

geplaatst in: Duitsland, Maatschappij, nazisme, Politiek | 1

(4 okt. 2024)  De dag die we wisten dat zou komen – is alweer ruim voorbij. Naar de verkiezing van het Saksische parlement, een maand geleden, werd hier in angst en vrees uitgekeken. Die is een stuk belangrijker dan de provinciale verkiezingen bij ons, want de Duitse deelstaten hebben een grote mate van zelfstandigheid. Het ging er vooral om of de rechtsextreme AfD inderdaad de grootste partij zou worden, zoals uit sommige voorspellingen was af te leiden, of nog net achter de CDU zou blijven, zoals uit andere peilingen bleek. Mijn vrouw, werkzaam voor de deelstaatregering, maakte zich grote zorgen dat er straks misschien een AfD-minister of staatssecretaris leiding zou geven aan het ministerie waar zij werkt. Daar ziet het voorlopig niet naar uit. De Christendemocraten zijn nipt de grootste gebleven (31,9 tegen 30,6 procent). Ze zullen nu alle moeite moeten doen om in een coalitie met twee niet erg verwante partijen de meerderheid in de Landtag te bereiken.

Probleem opgelost? Niet echt.

Het nieuws uit Saksen, en vooral uit het aangrenzende Thüringen waar de winst van de officieel als rechtsextreem gekwalificeerde partij AfD nog groter was, ging prompt de wereld over. Want dit is Duitsland en daar is zoiets toch al eens gebeurd, met noodlottige gevolgen? Sindsdien gaat geen dag voorbij of in talkshows wordt nagepraat over de groei van de AfD en haar gevolgen. Twee vragen worden telkens weer gesteld: hoe kán dit toch, wat zijn de achterliggende oorzaken? En: hoe moet het nu verder?

Over de oorzaken van de grote AfD aanhang in voormalig Oost-Duitsland raakt een schier eindeloze rij experts niet uitgepraat, leidend tot een langzamerhand overbekende riedel: de algehele onvrede in voormalig Oost-Duitsland, een verongelijktheid over de achtergebleven positie en het gevoel nog steeds tweederangs burger te zijn, teleurstelling in wat de veelbelovende democratie nu werkelijk betekent, naast een historie van extreemrechts nationaalconservatisme, woede om de woede, en ga zo nog maar even door. Je kan deze punten geduldig bespreken, je kan ze zelfs proberen te weerleggen – de AfD heeft evengoed aanhang in het Westen, Saksen is niét arm en de dorpen rond Dresden zijn geen slums maar welvarende buitengebieden met goede huizen en een eigen garage – dat heeft weinig zin. Wat de redenen ook zijn, veel mensen hebben AfD gestemd. Waarom? – ik denk: omdat ze het met de basisideeën eens zijn. Betrekkelijk weinig wordt gezegd dat de AfD in feite een one issue-partij is die zich vooral tegen vreemdelingen/vluchtelingen/asielzoekers richt. Net als vergelijkbare partijen doen in vrijwel alle andere Europese landen, of het nu gaat om Frankrijk of Denemarken, of om Nederland dat al via de LPF van Pim Fortuyn met dit sentiment kennismaakte. En dat inmiddels door Wilders’ PVV geregeerd wordt. Men wil de eigen welvaart niet zomaar delen met anderen, zeker niet als die van ver komen. Duitsland, óók het voormalige Oosten, is wat dat betreft een doodgewoon Europees land en het succes van de AfD is niets specifiek Duits, al willen veel experts dat wel zo voorstellen.

Daarmee is het nog geen fijn sentiment of iets om je bij neer te leggen. Dit fremdfeindliche denken is niet alleen rampzalig onsolidair, het komt ook als een boemerang terug naar de dragers zelf. Hoe moet het verder nu het imago van deze deelstaten in de ogen van buitenlanders keldert? Die zijn namelijk hard nodig voor het invullen van allerlei banen, van praktisch opgeleiden tot aan IT-experts. Zeker als ze een andere huidskleur hebben vragen zij zich wel twee keer af of ze nog wel willen afreizen naar dit stukje Duitsland. Daarbij komt nog het probleem dat de jonge kiezers in overgrote mate (meer dan dertig procent in Thüringen en Saksen) op de AfD hebben gestemd. Juist het nationalisme en de xenofobie blijken bij jongeren aan te slaan. Tel erbij op dat de AfD duidelijke, verstaanbare (en vaak onverteerbare) taal uitslaat, die scherp afsteekt tegen de wollige omtrekkende bewegingen waarin vertegenwoordigers van andere politieke partijen zich regelmatig uitdrukken. Duidelijkheid spreekt aan. De AfD is goed vertegenwoordigd op TikTok en Insta, waar de meeste andere partijen zich nog steeds niet goed raad mee weten. En ten slotte heeft de AfD, als alom geboycotte partij, zich de new cool verworven van de underdog, die steun verdient. Een stem op de AfD is een middelvinger tegen de gevestigde orde en dat trekt veel mensen aan en zeker ook jongeren.

Als tegenwicht heb ik niet veel te bieden, behalve wat nuchtere opmerkingen.

Ten eerste: De politieke verschuiving naar rechts- en nationaalconservatisme heeft niet meteen een uitwerking op het dagelijks leven, op de straat. Het leven gaat gewoon door, alsof er niets gebeurd is. Dat leven in de grote steden (Dresden, Leipzig) heeft sowieso een andere toon dan dat in de stadjes en dorpen op het land, waar de meeste AfD stemmen vandaan komen. Er lopen hier geen ultrarechtse knokploegen over straat te paraderen. (Nóg niet.) Wij worden niet omringd door mensen die verschrikkelijke dingen zeggen over asielzoekers en vluchtelingen, integendeel. Ikzelf ben in al die tijd hier zegge en schrijve één keer verbaal aangevallen als zijnde ‘buitenlander’. Maar ik heb makkelijk praten: Nederland staat hier nog steeds erg goed aangeschreven (veel te goed) en ik heb geen andere huidskleur. Als je dat wel hebt en van wat verder weg komt ben je niet zo onbezorgd en heb je wel degelijk redenen om voorzichtig te zijn op sommige plekken.

Na zo’n verkiezing wordt telkens gezegd: ‘het volk heeft gesproken’. Dan volgt de claim dat een partij die 30 procent gehaald heeft in de regering moet komen, dan wel het initiatief moet krijgen bij regeringsvorming. Maar als je de kreet serieus neemt moet je constateren dat ‘het volk’ in meerderheid niet op deze partij gestemd heeft. Twee derde vond de keuze voor een andere partij een beter idee. Wat heeft het volk dan eigenlijk gezegd? De waarheid is dat het volk nooit uit een mond praat, zeker niet in een goed functionerende democratie, en altijd een gemengd en diffuus beeld presenteert. Het volk spreekt met meerdere tongen, het heeft niet één wil. En het is vervolgens aan de politiek om van die diffuusheid soep te koken. De AfD is nog steeds een minderheid, al is ze luid en groeiend. De roep om ze het stuur in handen te geven betekent dat de macht terecht zou komen bij een luide minderheid, onder het motto dat ‘het volk’ (bedoeld wordt: de bevolking) dit wil. Maar die bevolking wil dat helemaal niet. Een meerderheid wil het juist niet. En hun vertegenwoordigende politici weigeren dan ook allen om met de AfD samen te werken. Als andere partijen erin slagen via een coalitie wel een meerderheid te bereiken horen zij te regeren. Democratische politiek gaat over macht, meerderheid en coalitievorming. Enorme zorgen moeten we ons maken als minderheden binnen de democratie de dienst gaan uitmaken.

Maar precies dat dreigt op een andere manier ook te gebeuren. Voor een meerderheidscoalitie in Saksen heeft de christendemocratische CDU (32%) niet alleen de socialisten (SPD, 7%) nodig, maar ook de nieuwe partij rond ex-communiste Sahra Wagenknecht (BSW, 12%). En dus kan Wagenknecht haar eisen op tafel leggen. Die hebben vreemd genoeg weinig met lokale en alles met internationale politiek te maken. Zo wil ze vredesonderhandelingen met Rusland en het tegenhouden van de plaatsing van Amerikaanse raketten op Saksische bodem. En dat alles weer ‘uit naam van het volk’. Waarvan toch slechts twaalf procent op haar partij stemde. Op dezelfde manier weet in de landelijke Duitse politiek de kleinste coalitiepartner, de liberale FDP die nauwelijks nog de kiesdrempel van 5 procent haalt, regelmatig haar wil op te leggen aan de beide veel grotere regeringspartners. Wonderlijk, hoe zo in een functionerende democratie de praktische resultaten geenszins een meerderheidswil weerspiegelen, maar juist die van een kleine, soms extreme minderheid. (Net zoals in Israel ultra-orthodoxe splinterpartijen de regering gegijzeld houden, met verschrikkelijke gevolgen). Het zou stof zijn voor een erg bittere komedie, als het niet zo treurig was. Een oplossing heb ik niet bij de hand.

Als klein tegenwicht kan ik nog de uitslag noemen van de verkiezingen op de school van m’n zoon. De Groene partij (Grünen) won er met bijna 30 procent, krap gevolgd door de Linke, een uit het vroegere communisme voortgekomen partij. Op afstand gevolgd door de CDU, de SPD en Wagenknechts BSW. En de AfD dan, die toch zo populair is onder jongeren? Die haalde op dit stadse gymnasium nog niet één procent. M’n zoon, politiek gezien in het midden, vond naar aanleiding van deze uitslag zijn eigen school ‘te links’. Ik zou zeggen: er is nog hoop.

  1. Ben Verbong

    Experte Maas: Darum wählt die Jugend AfD. (Bei ZDF Heute).
    Interessant perspectief, dat ik in de kakofonie van meningen nog niet gehoord had…
    Ben Verbong.